Heethoofden

Als ik een puber was
die woonde in een stad vol beton
en zonder kansen –
die leefde in een doos die smolt van de hitte –
die geen zicht had op de horizon
en geen perspectief op beter –
die telkens opnieuw scheef bekeken werd
als ik al van ver aankwam.

Als ik geld had moeten bijeen schrapen
voor die treinrit naar verkoeling –
als ze mij dan opdroegen dat ik wéér plaats moest maken
voor wie meer geld had dan ik –
voor wie meer toekomst kreeg.

dan gooide ik ook de tafels
van de tempel van het kapitalisme
omver.
Dan smeet ik die stoelen
waarvoor extra betaald werd
tot op de maan
die voorlopig nog van niemand is.

Misschien moeten we
eens één keer
niet met de vinger wijzen
naar de ander
die minder kansen kreeg –
maar in de spiegel kijken
naar wat we zelf deden
om de hitte
van het samenleven
draaglijk te maken –
om genoeg te houden
van elk kind.

(Foto van Joshua J. Cotten via Unsplash)