0 november 2013
Ontreddering van de dag:
Aan bijna ieder huis staan er minitempeltjes waar bloemen, eten en wierrook worden geofferd voor de beschermgeesten. Zelfs in de akkers zie je deze tempeltjes. Er boven staat vaak een parasol. Ook in de tempels op iedere hoek van de straat staan voor elk gouden beeld massa’s oranje bloemen, zeeën rode wierrookstokjes en ligt er een voorraad rijst in bananenbladeren of sterke drank. Vanmorgen bezochten we een tempel met meer dan 6000 boeddhabeelden. Duizenden kleintjes van ongeveer tien centimeter, honderden grote. De laatste allemaal bedekt met een stoffen oranje gewaad. Voor de goden wordt goed gezorgd. Maar zorgen zij ook voor hen? De nieuwsberichten over de monstertyphoon doen ons twijfelen.
Ontdekking van de dag:
In de vlakke zon trekken we naar twee blauwe plekken op de kaart. Er staan eendjes getekend bij deze ‘wetlands’ en een gestippeld wandelpad belooft aan ons een rustige plek in de stad. Misschien ontmoeten we daar de gewone inwoners van Vientiane? ‘You can try,’ zegt de jongen aan de inkom van ons guesthouse als we vragen of het de moeite waard is. Ons doel ligt op twintig minuten wandelen, maar omdat het bloedheet is, trakteren we onszelf op een tuktukrit. Met handen en voeten leggen we de bestuurder uit waar we willen zijn. ‘Ze kunnen hier echt geen kaart lezen,’ zeg ik tegen Jo. Vijf minuten later staan we aan een bouwwerf. De affiches op de schuttingen voorspellen een immens zwembad. Maar daar achter, daar moeten toch die wetlands liggen? We zoeken naar een sluipweg om er te raken. Aan een groot WTC-gebouw springen twee jongens recht van een mat op de grond naast een zwarte Lexus. De jongste draagt een soort pak van een privéchauffeur. We wijzen op de kaart. Hij lacht eerst naar zijn vriend en dan naar ons. Dan haalt hij zijn schouders op. Engels spreekt hij niet. Hoe kan hij ons de weg wijzen? ‘We’ll find it,’ zeggen we. Maar dat doen we niet. Nergens water te bekennen. De wetlands zijn drooggelegd. Met de blik naar de grond gericht stappen we terug naar het centrum. Er is weinig leven langs de straten, op enkele mannen na die hun wenkbrauwen fronsen als we passeren. Misschien waren we beter een dag sneller uit deze stad vertrokken.
’s Avonds verleidt het Belgian Beer-café met ‘ballekes in tomatensaus’ en ‘vol-au-vont’ ons om herinneringen aan Belgische smaken op te halen. De eigenaar is een jonge man uit Luxemburg die na vele reizen in Laos is blijven hangen. Gewoon omdat het land zo mooi is. ‘Spreek je Laotiaans?’ vragen we. ‘Ik probeer,’ zegt hij, ‘dat is het minste als je hier wil wonen.’ En dan vertelt hij ons dat hij het Laotiaanse alfabet heeft moeten leren omdat de meeste Laotianen de tekens van ons alfabetniet kennen.
Ja, hoe lees je dan een stadskaart met prentjes die in het echt niet bestaan?
9 november 2013
Ontdekking van de dag:
We rijden tussen de mooie kleuren van Laos: groene bergen tot aan de blauwe hemel, houten en rieten huizen langs roestkleurige wegen. Warre en Jade zitten voor me in de bus.’Kijk eens hoe de kinderen hier spelen,’ zeg ik tegen hen. Warre blijft voor zich kijken. ‘Speelgoed?’ antwoordt hij blindelings, ‘Hebben ze niet. Ze spelen met zand, stenen en stokken. En elkaar.’ Jade vult op slag aan: ‘Ze hebben niets en amuseren zich toch.’ En weer rijden we langs drie lachende jongetjes, een van hen steekt een kleine stok omhoog. Tussen de huizen is er nergens afrastering te bekennen.
Enkele uren later zien we in de rand van de hoofdstad de eerste huizen die een beetje op de onze lijken: iets groter en gemetseld. Hier staat er wel omheining. En hier zijn de bermen plots bezaaid met plastic. Nergens spelen kinderen.
8 november 2013
Ontdekking van de dag:
Zoveel mensen wassen zich buiten: in een ton aan het stroompje dat van een berg klatert, in het donker tussen de hotelslangs de rivier of aan de enige pomp van het dorp. Vaak koken ze buiten op de kiezelsteentjes, samen gehurkt rond een grote aluminium kom. Kinderen in schooluniform helpen hun moeder gepluimde kippen in stukken snijden. Of zitten in een kringetje, ieder met in de ene hand een diep bord en in de andere een stamper. Families eten in kleermakerszit rond een ketel op een rieten platform, zo groot als een tweepersoonsbed, soms met een schaduwdak. Hier en daar zien we een gemetseld huis. Als de deur open staat voor de warmte, ontdekken we vaak een compleet lege woonkamer.
7 november 2013
Ontdekkingen van de dag:
‘Sabaidee’. Telkens worden we met de glimlach begroet. Zelfs als we iemand passeren op straat. Het Laotiaans is een zachte taal. Heel anders dan het gejaagde Vietnamees. De Laotianen blijven dan ook altijd vriendelijk. Ook als ze op de boot en de bus letterlijk plaats moeten maken voor jonge blonde backpackers die op het nippertje aan het vertrekpunt arriveren. Op die momenten zou ik mijn hoofd in de grond willen steken. De backpackers lijken het de gewoonste zaak van de wereld tevinden. Excuses uiten ze niet. Ze ploffen neer op de net vrijgemaakte plaats en kijken tevreden om zich heen. Ze hebben het gehaald, dat is blijkbaar hetgeen dat telt.
De buschauffeur remt voor een lange slang. Het dier kronkelt naar het struikgewas langs de weg. Even later staan we stil voor een kudde runderen. De kinderen van vier, vijf jaar die op slippers of blote voetjes wandelen aan de rand van de weg moeten op toetercommando plaats maken voor de bus.
6 november 2013
Ontmoeting van de dag:
Indrukwekkend. De stoet monniken tijdens hun bedelronde vlak na zonsopgang, van 10 tot 70 jaar, op blote voeten doorheen de straten van Luang Prabang. Bijzonder. Geknield sticky rice en bananen in hun metalen draagkommen leggen telkens één van hen het deksel even omhoog hield. Kippenvel, dat kregen we. Zeker toen een oude monnik de beweging andersom maakte en aan Warre en Jade een banaan en een brikpakje vanillemelk overhandigde.
5 november 2013
Ontdekking van de dag:
De speelgoedkast van het meisje van vijf bij de mensen waar we in de bergen een nacht sliepen? Het middelste schap van een rekje van een halve vierkante meter breed. De inhoud? Een paraplu, een oude handtas en één pop met een kluwen blond haar.
Terug in de stad besluiten we ’s avonds langs de kant van de straat een hapje te eten. De meisjes en hun moeder werken keihard in de open keuken. Het ronde zoontje zit in schooluniform op een bankje met de iPad te spelen.
4 november 2013
Ontmoeting van de dag:
We varen tussen groene bergen, hier en daar bezaaid met dorpen van rieten en houten huizen langs de oevers, nergens elektriciteitsdraden te bespeuren. Na zes uur reizen stappen de eerste vrouwen af. De kinderen van het dorp rennen naar de boot. Wat zouden hun moeders dit keer van de stad hebben meegebracht? Een man komt met een peuter aan de hand de helling af. Het kleintje draagt alleen een T-shirtje. ‘Hello everybody,’ zegt haar vader. Ieder kind tilt een doos op en helpt om de vracht naar boven te sleuren. Onze boot vaart verder. Boven op de helling blinkt het gouden dak van een kleine tempel.
3 november 2013
Ontdekking van de dag:
Laos is niet te vangen met een fototoestel. Zo vaak zijn we te laat met foto’s trekken, nog vaker durven we het niet. Dat meisje van drie, bij vader achterop de brommer, half in slaap. Die tienermonnik met een paraplu tegen de zon. De drie kinderen met een rieten mand op de rug die zwaaien naar de tuktuk om een lift te krijgen. (En de chauffeur vertikte het verdorie om te stoppen. Wat waren we blij toen ze ons even later samen met andere toeristen toch voorbijstaken.) Dat tienermeisje op de brommer met de hand voor haar mond tegen het opwaaiende stof. De jongens in hun ondergoed in de rivier. De kinderen die op een hoopje zand van de ‘glijbaan’ schuiven. Dat jongetje dat naakt tussen zijn vriendjes met een grote blok hout speelt. We zullen ze nooit vergeten.
2 november 2013
Ontdekking van de dag:
Luang Prabang is eigenlijk een groot dorp. Tussen de hoofdwegen door, liggen nog straatjes van zand. De jonge monniken in oranje gewaad, gevouwen over één schouder geven het stadje met de vele gouden tempels een extra dimensie. De dames van de avondmarkt zorgen voor een gezellige bedrijvigheid. Hun baby’s kruipen over hun uitgestalde sjaals en broeken of liggen te slapen op de grond tussen de koopwaar. Een kleuter zit onder een lage tafel waarop belegde broodjes verkocht worden, te kijken naar een scherm.
1 november 2013
Ontmoetingen van de dag:
Een koppel uit Californië zit in de luchthaven tegenover ons te wachten. Hij draagt een gesteven broek, zij oorbellen van parels. Meneer houdt zich extreem geconcentreerd met hun kinderen bezig, maar zijn vrouw is te verleiden tot een gesprek. Ze zijn al bijna drie maanden ver in hun trip-around-the-world van een jaar. Ze spendeerden tien dagen in Hanoi. Verder hebben ze niets van Vietnam gezien. ‘We blijven liever op één plaats. We ontdekten al snel dat je met reizen telkens een volle dag verliest,’ zegt ze. Dus vliegen ze van de ene stad met luchthaven naar de andere. Hun einddoel? Billund in Denemarken,want daar ligt het originele Legoland.
Een man van over de veertig, het haar in een paardenstaart, vraagt ons aan de Mekong waar we die landkaart op de kop tikten. We vertellen het hem met plezier en raken aan de praat. Hij is Zwitser en samen met zijn vriendin met trein en boot via Rusland en China hierheen gereisd. ‘We houden ervan om zonder vliegtuig te reizen,’ zegt hij. En dan vertelt hij over de mensen en de natuur in de andere landen. Hij weet nog niet hoe lang ze zullen reizen, maar hij wil sowieso terug naar Zwitserland, want daar heeft hij met vrienden een leefgemeenschap gesticht die zelfbedruipend probeert te zijn.