Op een ochtend wordt Lola wakker met een mond vόl lieve woordjes. Zoveel lieve woordjes dat haar wangen er bol van staan. Papa heeft geen tijd, mama heeft het veel te druk. Lola raakt haar lieve woordjes niet kwijt en ze wordt vréselijk boos.
Dagenlang wil dochterlief dat ik dit peuterboekje voor haar voorlees. Steeds opnieuw. Een verhaal dat eigenlijk veel te makkelijk voor haar is. Op een avond ontdek ik dat manlief hetzelfde verzoek krijgt. Ik hoor hem lezen: “Maar haar wangen worden boller en boller …”
Als ik terug in de keuken kom, zie ik op het aanrecht een bosje madeliefjes in een Jägermeisterglas. En dan begrijp ik het.
Dochterlief maakt ons iets duidelijk. We maken te weinig tijd om te luisteren naar haar lieve woordjes.
Vanaf dan onthaasten we weer bij het bedritueel. Zodat dochterlief haar lieve woordjes kwijtraakt. ‘Mama, ik houououou miljoenen eeuwen lang van jou.’ Of: ‘Papa, ik hou van je zoveel als er druppels in de zee zitten.’ Nadien krijgen we een vlinderkusje en een knuffel waar je blauwe plekken van krijgt.