Ben je ooit in het Literair Museum geweest? Het is een leuk, speels museum waar je heerlijk kan rondsnuffelen in de wereld van het boek.
Laatst ben ik er op de kleine zolderzaal gaan luisteren naar een lezing van Els Beerten. Het was hartverwarmend om haar vol passie te horen vertellen.
Nadien lokte de zon ons om buiten iets te gaan drinken. Omdat de terrasjes in de stationsbuurt dun gezaaid zijn, kwamen we uiteindelijk tegenover het stadhuis terecht. Tevreden stapte ik terug naar mijn auto. Ik was nog maar net vertrokken toen ik ontdekte dat ik mijn ketting kwijt was. Met de hanger waar ik het meest waarde aan hecht. Ik had die namelijk tien jaar geleden gekregen van manlief toen ik voor het eerst moeder werd. Dus was ik er echt het hart van in.
Snel zocht ik een nieuwe parkeerplaats en startte een eenmanszoekactie. De hele stad heb ik doorkruist op zoek naar mijn ketting. De mensen die onze plaats op het terras hadden ingenomen, zochten bereidwillig mee. ‘Zijt ge al op het toilet gaan kijken, mevrouw?’ Zelfs de vrienden –intussen naar alle windstreken uitgezwermd- werden gemobiliseerd, maar het mocht niet baten. Dit was zoeken naar een speld in de hooiberg.
Teleurgesteld kwam ik ’s avonds thuis. Het enige wat ik nog kon doen was positief denken: ‘Ik vind die ketting terug’. Enkele telefoontjes en e-mailtjes later hoorde ik van het Literair Museum dat de ketting terug was gevonden, de hanger bleef echter spoorloos, zelfs na een intensieve zoekactie van twee medewerkers. Aan de ene kant werd ik gerustgesteld: ik wist dat mijn hanger niet in de stad lag, maar ergens in het Literair Museum. Maar anderzijds besefte ik dat ik mijn wens verkeerd had verwoord. Opnieuw dus: ‘Ik vind die hanger terug’.
Twee dagen later ben ik in het museum op mijn sokken gaan vragen of ik toch nog één keer zou mogen zoeken? Onmiddellijk werd ik bijgestaan. De kieren van wel een centimeter breed in de houten vloer maakten me moedeloos. Hier was geen beginnen aan. Met mijn neus tussen de planken zag ik spijkers blinken, maar mijn juweel was nergens te bekennen. ‘Had ik maar een zaklamp meegebracht,’ zuchtte ik. ‘Die hebben we hier!’ antwoordde mijn collega-detective.
Toen ik met mijn nieuwe wapen in de hand bijna terug boven was, hoorde ik: ’Ik denk dat ik hem gevonden heb.’ En inderdaad. Tussen twee vingers hield de museummedewerkster mijn schat. Ze was bijna even gelukkig als ik.
Als je ooit in de buurt van het station van Hasselt bent, moet je zeker eens binnenspringen in het Literair Museum. Laat wel je waardevolle spullen thuis.